Het verhaal van 26 maart 1893 speelt
zich af op de Heuvel in Oss.
Wachtmeester Hoekman loopt van de
kazerne naar het stadhuis. Vanachter een
bomenrij wordt hij onder vuur genomen.
“Een beetje laf, half van achteren”,
vertelt Pigmans. “Hij wordt geraakt,
maar is niet meteen dood en kan nog
terugschieten. Hij verwondt één van zijn
belagers. Maar een tweede schot is
dodelijk.”
Met poep besmeurd
De boeven hadden echt een hekel aan
Hoekman. “De mores in Oss was wat
losser. Er waren wat vrije vrienden. Die
hadden een bende. Die kwamen samen in
een kroegje en bedachten daar allemaal
snode plannen. Maar Hoekman had ze
door.”
Maar dat was niet de enige reden waarom
de bende van Oss een hekel had aan
Hoekman. Pigmans vertelt verder: “Als je
ontslagen werd bij een van de fabrieken
in Oss moest je een verklaring halen van
goed gedrag bij Hoekman. Maar dan moest
je wel dingen verklappen tegen Hoekman.
En dat weigerden die mannen. Hoekman
moest dus weg.” De haat zat zo diep dat
ze hem twee weken na zijn begrafenis
hebben opgegraven, de kist hebben
opengebroken en de krans met poep
besmeurd.
Geuzennaam
Toch is het eigenlijk wel luguber dat
deze brute moord zo’n belangrijk moment
in de geschiedenis van Oss is. “Het is
een stukje van de identiteit van Oss”,
zegt Pigmans. “Niet dat je trots moet
zijn dat er iemand is vermoord. Maar het
draagt wel bij aan het imago van Oss.
Oss als messentrekkers is intussen een
geuzennaam.”
Het graf wordt nu gerestaureerd. In
maart 2018 willen ze het terugplaatsen.
Dan is het 125 jaar geleden dat
wachtmeester Hoekman werd vermoord.
Publicatie: maandag 10 juli 2017 - 13:24
Gewijzigd: maandag 10 juli 2017 - 16:15
Auteur:
Jos Verkuijlen
(bron: Omroep Brabant)